CAMBUUR MET HOOFD AL BIJ NACOMPETITIE
Mocht Cambuur, overigens tegen alle verwachtingen
in, stunten in de nacompetitie dan heeft het de tweede seizoenhelft uitstekend
verstoppertje gespeeld. Het lijkt echter niet aannemelijk dat vanaf dinsdagavond,
als begonnen wordt met een uitwedstrijd tegen RBC, er plotseling een geheel
andere ploeg opstaat.
Het elftal van Gert Kruys gaat als de grote underdog de serie over zes
duels in. De laatste competitiewedstrijd, het niemendalletje tegen Dordrecht,
werd een 3-1 nederlaag. Dat betekende de zevende positie in de eindrangschikking.
Sowieso een tegenvallende prestatie, omdat aan het begin van het seizoen
de verwachting werd uitgesproken dat Cambuur nadrukkelijk een rol in de
top-drie zou kunnen gaan spelen. Cambuur bleef evenwel steeds ver achter
bij Zwolle, Excelsior en RBC, die dit seizoen de dienst uitmaakten. Na
het behalen van de tweede periodetitel was de geest grotendeels uit de
fles. Slechts zelden slaagde de ploeg er in om het eigen publiek met redelijk
attractief voetbal aan zich te binden.
De cijfers van de tweede competitiehelft zijn ook al niet bijster bemoedigend
voor de hoop op een succesvolle nacompetitie, nog afgezien van de onrust
op het bestuurlijke vlak, wat ongetwijfeld ook doorwerkt op de spelersgroep.
Van de vijftien wedstrijden in de tweede competitiehelft leed Cambuur
liefst acht keer een nederlaag. Slechts driemaal wist het een thuiswedstrijd
in winst om te zetten, tegen Eindhoven, Volendam en Go Ahead Eagles. Die
cijfers zijn geen hoopgevende voortekenen, maar iedereen klampt zich vast
aan het feit dat nacompetitievoetbal een fenomeen op zich is.
Cambuur begint dinsdag gehavend. Het wordt ook nog eens gestraft voor
het feit dat het de laatste jaren in de nacompetitie acteert. Omdat gele
kaarten blijven staan zijn Durmusoglu en Goudmijn de eerste wedstrijd
geschorst. "Een belachelijke regel," luidde de begrijpelijke
reactie van Gert Kruys.
Omdat hij dinsdag met grotendeels hetzelfde elftal wil spelen bleven Durmusoglu
en Goudmijn op de bank. Hetzelfde gold voor de niet geheel fitte Johan
Abma. Zo'n sterke bank had Cambuur in jaren niet. Omdat Sandor van der
Heide gistermiddag met buikgriep afhaakte speelde Rudy Mann, die het redelijk
deed, in het centrum van de defensie.
De gedachten van de spelers waren al grotendeels bij de nacompetitie.
Het was vooral zaak om heel te blijven. In die opzet slaagde het in een
wedstrijd, waarin Cambuur voor rust soms te aanvallend speelde. Door een
schuiver van Hans van der Woude, die van Heldens te veel ruimte kreeg
om te schieten, kwam Cambuur achter. Er stonden goede kansen van Bruin,
tweemaal, en Cairo tegenover, maar zij faalden voor de nieuwe Cambuur-doelman
Rody Hoegee.
Na rust trok Cambuur via uitblinker Davy Veltman uit een mooie pass van
Goudmijn de stand gelijk en had het Dordrecht in de tang. Derksen, na
vier maanden absentie, en Goudmijn kregen speelminuten. Goudmijn, Derksen
en Cairo (knal op kruising) hadden Cambuur naar een voorsprong kunnen
schieten. Het liet zich in de slotfase echter nogal stupide verrassen.
Voorstopper Van Duijvenbode kopte een hoekschop van El Khalifi in, die
kort daarna zelf de 3-1 scoorde.
|