Vrijwel
direct na het begin van het interview is het me duidelijk: hier
zit een echte liefhebber van het spelletje tegenover me. Het enthousiasme
van Robert Verbeek werkt aanstekelijk en voor een hoofdtrainer is
dit natuurlijk een belangrijke eigenschap. De overwinning op Haarlem
zal een reden voor het enthousiasme zijn, maar belangrijker is dat:
"voetbal er bij mij met de paplepel is ingegoten". Dit
is niet verwonderlijk als je naar de andere familieleden van Verbeek
kijkt. De meeste onder ons zullen zijn broer Pim kennen, maar ook
vader Verbeek speelde als prof voor Sparta."Mijn vader en broer
zaten allebei bij Sparta, terwijl ik nog met mijn vriendjes bij
de amateurs speelde. Voor mij was de stap naar het profvoetbal dus
wat groter. Tijdens een open dag van Sparta werd ik gevraagd om
ook bij de club te komen spelen. Ik heb toen eerst een gesprek met
mijn vader gehad. Hij zei me dat ik dan ook echt voor het voetballen
moest kiezen. Dat heb ik
gedaan en op mijn zeventiende stond ik in het eerste. Op mijn negentiende
raakte ik aan mijn knie en meniscus geblesseerd. Na een paar operaties
werd ik op mijn twintigste afgekeurd. Ik had zwakke knieën
en het bleek behoorlijk versleten." Op dat moment begon voor
Robert Verbeek een moeilijke periode van zo'n half jaar. Hij had
weliswaar een Mavo-diploma op zak, maar eigenlijk had hij al zijn
kaarten op het voetballen ingezet. Er leek een definitief einde
te zijn gekomen aan zijn grote passie. "Ik heb daar best wel
een half jaar problemen mee gehad. Ik had ineens weinig meer omhanden
en wilde op dat moment zelfs niet meer naar het voetballen gaan
kijken. Ik heb daarna verschillende baantjes gehad. Ondertussen
gingen mijn vader en broer zich bezig houden met trainen. Op hun
aanraden ben ik dat toen ook gaan doen bij de C'tjes en A'tjes van
FC Ommoord. Dat beviel me eigenlijk uitstekend en ik heb daar een
paar fantastische jaren gehad." Verbeek had weer lol in het
spelletje. Hij speelde zelf niet, maar zelfs dat zou nog veranderen.
"Er kwam een vriend naar me toe met de vraag of ik in hun vriendenteam
wilde komen spelen. In die tijd was ik gaan boksen en door het touwtjespringen
had ik weer sterke bovenbenen gekregen. Ik vertelde het aan mijn
broer, die op dat moment de hoofdklasser Unitas trainde. Hij vroeg
me waarom ik dan niet bij hem kwam spelen. Op die manier ben ik
weer in de hoofdklasse belandt, daar zelfs Nederlands kampioen
|

Robert Verbeek aan het werk op de training

Robert Verbeek op de bank van FC Dordrecht,
hier nog als assistent van de inmiddels ontslagen Jos van Eck.
|
geworden en heb
ik nog in het Nederlands amateur-elftal gespeeld." Dat het
voetbalwereldje zo groot nog niet is, blijkt wel uit de carrière
van Robert Verbeek. "Ik ben toen bij Unitas de jeugd gaan trainen
en daar volgde ik ondertussen ook een cursus voor. Dat was dus bekend
bij bepaalde mensen, want ineens kreeg ik een telefoontje van Guus
Hiddink. Hij had nog met Pim bij de Graafschap gewerkt en vroeg
of ik geïnteresseerd was om bij de jeugdopleiding van PSV te
komen werken. Nou, dat heb ik dus acht jaar met heel veel plezier
gedaan. Ik heb het geluk gehad dat ik de topjaren van heel dichtbij
heb mogen meemaken. Jongens als Kieft, Romario en Ronaldo; ik heb
met heel wat topspelers mogen werken. Onder andere vijf jaar landelijk
gespeeld met A1 en uiteindelijk werd ik hoofd van de jeugdopleiding.
Dat heb ik één jaar gedaan, want ik had inmiddels
mijn 'coach betaald voetbal' gehaald en ik wilde wel eens op eigen
benen staan. Er waren drie clubs met interesse en ik ben bij Dordrecht
'90 terechtgekomen. Dat was ook nog wel wennen, want toen werkte
ik weer met mijn oud-trainer Hans Eijkenbroek. Spraken we elkaar
ineens met de voornaam aan." Er volgde een uitstapje van twee
jaar naar de Emiraten. Niet dat het daar te warm was. Robert gaat
namelijk het liefst naar de zon op vakantie, maar een nieuw aanbod
van onze club was natuurlijk ook erg aantrekkelijk. "Ik heb
het hier altijd fantastisch naar mijn zin gehad, met als hoogtepunt
natuurlijk het periode kampioenschap. Dit seizoen wil ik het team
in zijn geheel op een hoger niveau te krijgen. Ik hoop gewoon zoveel
mogelijk punten te halen met aantrekkelijk voetbal, maar ook sportiviteit
staat bij mij hoog in het vaandel. Misschien kunnen we onze naam
op dat gebied ook eens wat verbeteren, want die is niet best."
Mocht dit laatste niet lukken, dan hebben we onder Robert Verbeek
nog altijd uitzicht op een periodetitel. De vorige keer stonden
we tenslotte ook onderaan en vierden feest.
Interview uit 'Programma van de club',
het programmaboekje van FC Dordrecht.
|